Behandelmethode uit 1860 voorkomt veel pijn

Aangemaakt op in zorgnieuws / algemeen
Een in onbruik geraakte operatietechniek helpt patiënten van hun pijnlijke (trombose)arm af. Artsen van het Catharina Ziekenhuis in Eindhoven hebben de bijna vergeten behandeling van het ’schoudergordel-syndroom’ nieuw leven ingeblazen.  

Bij de behandeling wordt een veel voorkomende beknelling in het schoudergebied opgeheven. Een slagader, een ader en/of zenuwen daarin worden weer vrijgemaakt door de eerste rib chirurgisch te verwijderen.

 

„Die rib kan probleemloos gemist worden”, zegt vaatchirurg Joep Teijink, die met neuroloog Bart van Nuenen een nieuw zorgprogramma heeft opgezet voor het al in 1861 beschreven Thoracic Outlet Syndroom (TOS). Want zo heten de pijnklachten in de ’nek-schouder-arm-regio’, die gepaard gaan met hoofdpijn, krachtverlies en gevoelsstoornissen, zoals tintelende vingers.

 

Op dit moment zijn zo’n vijfduizend patiënten ’uitbehandeld’ verklaard. Die situatie dreigde ook voor Lisa Beerepoot (17). Drie jaar na een val bij het voetballen is zij weer pijnvrij.

 

„Tijdens een wedstrijd kreeg ik een duw van achteren en viel op mijn linkerarm. Daarna hield ik constant pijn. Het gevoel ook alsof je hand slaapt, met pijnscheuten die als bliksemschichten door mijn arm en elleboog schoten en te voelen waren tot in de topjes van mijn vingers.”

 

Toen echter het beeld van haar problemen langzaam duidelijker werd, en zich steeds meer een zenuwbeknelling aftekende, attendeerde de chirurg van het Catharina haar op de ’nieuwe’ behandeling. Lisa is opgelucht dat de pijn verdwenen is. „Ik kan álles weer.’’

`