Zorg bezwijkt onder regeldruk zegt GGZ Nederland

Aangemaakt op in zorgnieuws / algemeen

Vinkjes zetten totdat je arm pijn doet: de regeldruk in de geestelijke gezondheidszorg is zo hoog, dat het volgens GGZ Nederland nu echt anders moet. Maar dat heeft de organisatie vaker gezegd. 

 

Hulpverleners in de geestelijke gezondheidszorg zijn een derde van hun tijd kwijt aan administratieve rompslomp, waardoor zij onvoldoende toekomen aan het helpen van patiënten. Dat blijkt uit onderzoek dat GGZ Nederland vandaag presenteert. De belangenorganisatie sprak met zo’n zeventig hulpverleners en bestuurders en heeft haar bevindingen getoetst door de urenadministraties van GGZ-aanbieders te analyseren.

 

GGZ Nederland wil dat de regels minder ‘kwellend’ worden: hulpverleners moeten de helft minder tijd besteden aan administratie. Dan pas is er voldoende tijd om goede zorg te leveren. Maar door de decentralisatie – de overheveling van taken van het Rijk naar de gemeente – neemt de regeldruk alleen maar toe, aldus het onderzoek. GGZ Nederland onderbouwt dat niet met cijfers, wel laat ze hulpverleners aan het woord die toenemende administratielast ervaren.

 

Zo heeft GGZ-aanbieder Parnassia Groep te maken met honderd gemeenten, die allemaal andere regels hanteren. GGZ Nederland wil juist dat gemeenten dezelfde regels gebruiken, dat scheelt ‘gedoe’. Ook vinden zij dat zorgverzekeraars, die net als gemeenten zorg inkopen, via steekproeven moeten controleren of geld goed wordt besteed, in plaats van álles te controleren.

 

“Nu moet de verantwoording zo gedetailleerd, dat is gewoon niet nodig,” zegt Stephan Valk, bestuurder bij de Parnassia Groep. Zijn secretariaat is enorm uitgebreid en hij is veel meer geld kwijt aan accountants die inhuurt. “Dat geld steek ik liever in goede zorg.” Parnassia Groep legt naast de honderd gemeenten verantwoording af aan drie zorgkantoren, zeven verzekeraars en het ministerie van veiligheid en justitie.

 

Op zoek naar een GGZ instelling bij u in de buurt?

 

Obesitas

 

“De GGZ heeft obesitas”, zegt Valk. “Er moet écht een paar kilo af.” Maar is dit onderzoek met aanbevelingen wel het ideale dieet? Jacobine Geel, voorzitter van GGZ Nederland: “Een rapport is altijd gevaarlijk. Drie jaar geleden lag er eenzelfde rapport, waar onvoldoende mee gebeurd is. Nieuw aan dit onderzoek is wel dat we alle hoeken en gaten van de GGZ belichten, waardoor duidelijk wordt hoe omvangrijk het probleem is.”

 

Volgens Geel zorgt het rapport bij alle partijen daardoor voor een ‘schokeffect’. De belangenorganisatie gaat er volgens haar de komende twee jaar alles aan doen om iedereen om tafel te krijgen en afspraken te maken. Anja Dijkman van vakbond FNV gaat dat ‘nauwlettend in de gaten houden’, zegt ze. “Schrapsessies leiden tot nu toe altijd weer tot nieuwe regels. Ik hoop dat dit onderzoek echt verandering brengt. Hulpverleners willen hun vak terug.”

 

Marjan ter Avest van patiëntenorganisatie MIND is blij met het onderzoek, maar ook sceptisch. “Dit is niet nieuw, ditzelfde voornemen stond vier jaar geleden in een akkoord en kwam op de toekomstagenda van de GGZ terecht. Tot nu toe heeft het ontbroken aan leiderschap op dit punt. Dat de GGZ met zo veel verschillende financiers te maken heeft, maakt het probleem ook complex.”

 

Volgens Ter Avest is de verantwoording aan verzekeraars de grootste crime. “Het is wel opmerkelijk dat zij niet bij de overhandiging van het onderzoek zijn, terwijl bij hen de oplossing lijkt te liggen.” 

 

Bron: Trouw

`